fig. 30-XIV Een wachtende koe wordt door de afsluitstang belet de melkbox binnen te gaan | |
De bussen, melkapparaten en eventueel een doos met veekoekjes staan bij 5. Bij 6 kunnen nog wat bussen, de namelkemmer, het wateremmertje e.d. worden gezet. De koeien komen van de verzamelplaats via de gangetjes naar de melkboxen. Daar komen zij voor de gesloten deur, terwijl achteruitlopen door een stang kan worden belet. Na het melken opent de melker de deur en de koe verlaat de box waarna de deur wordt gesloten en de stang geopend om de volgende koe in de box te laten. Men kan bij het Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie werktekeningen voor het maken van een doorloopmelkwagen kopen. Het gereedschappenhokje lijkt veel op dat van een weide-installatie. De motor wordt als tegengewicht tegen de buizen van de inloopgangetjes aan de kant van de deuren geplaatst. Indien het emmerrek tot boven de motor doorloopt is deze vaak slecht bereikbaar. In de melkboxen en de ruimte voor de melker wordt geen vloer aangebracht. Men moet ervoor oppassen dat er geen hinderlijk geplaatste buizen, waarover men kan struikelen of waaraan men zijn hoofd kan stoten in deze ruimten zitten. |
Indien men wil bijvoeren worden aan de deuren voerbakjes
bevestigd. De vorm en de maten van de bakjes moeten precies kloppen anders
kan de koe er niet goed uit eten of stoot zij zich eraan bij het verlaten
van de melkbox. In het bakje worden kleine afvoergaten voor regenwater,
speeksel e.d. gemaakt. De deuren vallen aan de buitenkant tegen de wand
aan, zodat zij niet kunnen klemmen. |
vorige pagina <<< Inhoud >>> volgende pagina