Nederlandse index
Homepage
English index

 


fig. 5-III      Getrokken trekkerzaaimachine

 

het zaaimechanisme

In Nederland komen vooral twee systemen voor en wel in de eerste plaats het nokkenradsysteem en in de tweede plaats het schuifradsysteem.
Bij het nokkenradsysteem, fig. 7, wordt het zaad onderdoor gezaaid, dat wil zeggen het zaad wordt door de nokken van het nokkenrad over de bodemklep heen naar de zaaitrechter gevoerd. Het nokkenrad bevindt zich in het zaaihuisje. De normale nokkenraderen hebben aan de omtrek twee rijen nokken, fig. 2, al of niet door een kam gescheiden. De nokkenraderen zijn van metaal, plastic of rubber. Rubber heeft het nadeel, dat

 

 

 

fig.8-III      Fijnzaairad met vulstukken (Hassia)

 

 

muizen eraan kunnen gaan knagen. Plastic kan, mits de juiste soort wordt gebruikt, goed zijn. Men kan met deze normale nokkenraderen alle voorkomende zaden behalve Waalse bonen en fijne zaden, zoals knolzaad of blauwmaanzaad zaaien. Indien men van deze fijne zaden minder dan 3 kg per ha wil verzaaien is het in het algemeen noodzakelijk, dat er gebruik gemaakt wordt van fijnzaadwieltjes, fig. 8. Deze hebben één rij nokken en zijn aan weerskanten tussen vuistukken om de zaaias gemonteerd, zodat er geen lekken in het zaaihuisje zijn.

fig. 7-III      Doorsnede nokkenzaaimachine (Nordsten)

vorige pagina <<<       Inhoud       >>> volgende pagina