fig. 9-IV Principe van een volautomatische aardappelpootmachine |
|
§ 4 automatische pootmachines De automatische pootmachines verschillen van de halfautomatische, doordat
het verdeelmechanisme zich zelf vult, fig. 9. De machine is per element
voorzien van een voorraadbak, waarin tevoren de te poten aardappelen worden
gestort. Door deze voorraadbak loopt een ketting, waarop op regelmatige
afstanden kleine bakjes zijn bevestigd. Deze ketting wordt aangedreven
door de loopwielen van de machine. De bakjes hebben een zodanige vorm,
dat er juist een aardappel in past. Omdat nu deze ketting van beneden
naar boven door de aardappelen loopt, die zich in de voorraadbak bevinden,
zullen de bakjes telkens een aardappel meenemen. Het naar beneden gaande
deel van de ketting loopt door een nauw om de ketting met bakjes passende
buis. In de onderste bocht wordt de dan inmiddels op de onderkant van
de bakjes liggende aardappel losgelaten, waardoor deze in de daarvoor
gemaakte geul valt. |
De aandrijving geschiedt met behulp van een stangenstelsel en een palwerk. Een metalen taster voelt telkens of er een aardappel met elk bakje mee naar boven komt. Is er geen aardappel op het bakje aanwezig, dan wordt door deze taster het palwerk in werking gebracht waardoor de corrector een segment verder draait. Daardoor valt een aardappel uit de corrector alsnog op de juiste plaats op de ketting, zodat misplaatsen voor vrijwel 100% worden voorkomen.
fig. 10-IV Principe Cramer corrector |
vorige pagina <<< Inhoud >>> volgende pagina