fig. 99-VIII Werkzaamheden met een harkkeerder voorzien van harkwielen (Vicon)

b. typen met harkwielen

Deze machines hebben als werkende delen verticaal of ongeveer verticaal schuin op de voortbewegingsrich-ting staande harkwielen met verende tanden, fig.100. Bij de meeste worden de harkwielen door de kracht, die het gewas er op uitoefent, rondgedraaid, waarbij het gewas langs de onderkant van het harkwiel opzij-gerold wordt, fig. 101 en 102. Men kan de wielen bij verschillende typen zo bevestigen, dat er twee zwaden worden gekeerd, dat er wordt geharkt of wordt gespreid, fig. 102. Bij het spreiden of het z.g. breedkeren wordt het zwad of de wiers wel door twee achter elkaar werkende wielen bewerkt, waarbij het achterste wiel hoger staat dan het voorste.
De machines met aangedreven harkwielen werken min of meer overeenkomstig de eerder behandelde machines met harkhaspel, fig. 103. Vooral bij het spreiden en schudden wordt bij dit type het gewas sterker uit elkaar getrokken dan bij de typen met niet aangedreven harkwielen.
De harkwielen zijn meestal opgebouwd uit een naaf, waaraan een aantal verende gebogen tanden zijn be-vestigd. De tanden lopen door gaten in een min of meer flexibele velg en worden daardoor gesteund. De tanden zijn bij deze constructie zo gebogen, dat zij op torsie worden belast, fig. 104a-b. De harkwielen draaien met rollagers op tappen. Bij de typen met enkel gebogen tanden zijn de harkwielen met korte scharnierende armen aan het raam bevestigd, zodat zij op en neer kunnen bewegen, fig. 105. De balansveren kunnen in verschillende inkepingen worden gehaakt, zodat de balans van elk