CURSUS LANDBOUWTREKKERS
HOOFDSTUK XXVII — GEREEDSCHAPPEN
Paragraaf 112
REVISIEGEREEDSCHAP (fig. 9—15 Afb. A 129)
Het eenvoudigste gereedschap voor het schuren van kleppen is de slijpstok (fig. 9), die aan de onderkant voorzien is van een rubber zuignap.
In plaats van klepfrezen maakt men de laatste tijd gebruik van een zittingslijpapparaat (fig. 10), dat bestaat uit een boormachine met een hoog toerental en daaraan verbonden slijpsteentje met de schuinte van de zitting.
Een geleider hieraan verbonden vindt steun in de klepgeleider. Met een diamantje kan men de steentjes van tijd tot tijd opzuiveren.
Op een kleppenslijpmachine (fig. 11) kan men de afsluitvlakken van de kleppen zuiver rond en centrisch ten opzichte van de steel afslijpen. Wanneer men zelf niet voldoende werk voor een dergelijke machine heeft, kan men dit ook laten doen. Het voordeel hiervan is dat de tijd om de kleppen pas te schuren belangrijk wordt verkort.
Met een klepveertester (fig. 12) kan men klepveren tot een bepaalde maat indrukken en op de wijzerplaat aflezen hoeveel spanning de veer dan kan leveren. Dit apparaat is ook te gebruiken voor regulateurveren, koppelingveren en veren van hydraulische hefinstallaties. Met een cilindermeetklok (fig. 13) kan men de rondheid van een cilinder meten en ook nagaan of de cilinder overal even wijd is.
Het hoonapparaat (fig. 14) kan worden aangedreven door een elektrische boormachine, die men aan een veer of een stuk binnenband ophangt. Dit apparaat dient voor het opzuiveren en polijsten van uitgekotterde cilinders.
Voor het wegnemen van stootranden kan dit apparaat ook gebruikt worden, hoewel hiervoor ook speciale stootrandruimers in de handel zijn.
Met de koppelsleutel (fig. 15) kan men tijdens het aanhalen van b.v. cilinderkopbouten aflezen met hoeveel spanning dit gebeurt.
Voor de meeste trekkertypen is een koppelsleutel tot 160 voetponden of 20 mkg wel voldoende; bij slechts enkele typen komen de aanzetspanningen hier boven, doch de sleutels die hiervoor geschikt zijn, zijn te groot en te zwaar voor normaal werk.
Blad 240 — Zie hierbij Afb. A 129
|
Copyright © Gerard Hoogendoorn 2000-2010 |