Nederlandse index
Homepage
English index

 

binderreparaties

scheeflopen

Het komt soms voor, dat een binder scheef loopt. Dit kan worden veroorzaakt door versleten wiellagers, een scheefstaand hoofdwiel en soms door een scheefstaande trekboom of een verbogen raam. Men voelt eerst of er te veel speling in de wiellagers zit en herstelt die zo nodig. Is dit punt in orde dan zal men moeten opmeten of het hoofdwiel recht in de machine zit. Hierbij meet men zowel aan de voorkant als aan de achterkant de afstand tussen de velgrand en een langsligger van het hoofdraam. Staat het wiel scheef, dan kan dit o.a. komen doordat er bij de montage of bij het herstel aan de ene kant een verkeerd type wielgeleider is gebruikt. Men kan dit aan de hand van de onderdeelnummers controleren. Een scheve trekboom of een verbogen raam zijn meestal het gevolg van een botsing met een hoeksteen of iets dergelijks. Het richten moet koud gebeuren bijvoorbeeld met een hiervoor geschikte hydraulische pers. Men zal soms zelf hiervoor de nodige hulpstukken moeten maken.

stropen bij de arenheffers en bij de buitenverdeler

Dit wordt meestal veroorzaakt door verbuigen of scheef staan van de arenheffers of de verdeler. Het kan echter ook komen doordat zij roestig of beschadigd zijn. In het eerste geval kunnen zij na demontage vaak wel weer

koud worden gericht. In het tweede geval zal men als het om beschadigd plaatwerk gaat dit door kloppen en/of lassen en daarna weer glad slijpen moeten herstellen. Soms kan men bij het gladmaken goede resultaten met 'vloeibaar metaal' krijgen. Dit wordt na goed schoonmaken van de delen volgens het voorschrift aangebracht en na drogen door vijlen en/of schuren bijgewerkt.

storingen bij het mes en de haspel

Voor messtoringen verwijzen wij naar het in hoofdstuk VIII bij de maaimachines behandelde en naar de betreffende instructieboekjes.
Zijn er klachten over veelvuldig breken van haspellatten dan kan dit komen door een te laag stellen van de haspel, maar ook doordat de haspel de buitenverdeler raakt.
Bij een nieuwe binder kan de oorzaak hiervan een fout bij het monteren van de haspellatten zijn; bij een oudere binder kan het zijn, dat de verdeler verbogen is, of dat de haspelas aan de buitenkant is doorgezakt en dus niet meer evenwijdig aan de vingerbalk staat. Men kan de haspelas bij vele binders door inkorten van de trekstang aan de haspelbuis weer vlak stellen. Heeft men bij een machine met stokkenhaspel last van breken van de leistokken, dan is er een grote kans, dat deze in een verkeerde volgorde door het lei-oog lopen, waardoor zij kunnen vastlopen. De correcte volgorde kan men in fig. 4 en in het betreffende instructieboekje vinden.

fig. 117-IX Controle op evenwijdigheid van de doekrollen
                  AA en BB moeten even lang zijn

vorige pagina <<<       Inhoud       >>> volgende pagina