Nederlandse index
Homepage
English index

 

fig. 118-IX

Gaat dit niet, dan is het veelal mogelijk de knoper wat zijdelings te verstellen. Men moet daarna meestal ook het schakelwiel bijstellen. Dit geschiedt veelal door er een of meer vulringen achter te plaatsen. Een te stompe naaldpunt kan vaak door bijvijlen weer in model worden gebracht. Hem te scherp maken is eveneens fout; ook dan zal hij halmen mee omhoog nemen. Het is het beste als men een nieuwe naald als model bij de hand heeft.

touwhouderstoringen

Deze komen meestal neer op een te gemakkelijk loslaten of niet inklemmen van het touw, waarbij het laatste o.a. door een voor- of achterlopen van de touwhouderschijf kan worden veroorzaakt.

niet goed inklemmen van het touw

Men vindt in verschillende instructieboekjes de kracht, nodig om het touw uit de touwhouder te trekken.

Deze varieert meestal van 16-18 kg. Wordt het touw niet voldoende stijf vastgehouden, dan kan men proberen dit door het verhogen van de klemspanning te corrigeren. Gaat dit niet, of moet men de moer abnormaal ver aandraaien, dan is er iets niet in orde met de spaninrichting of met de touwhouder. Men kijkt dan eerst of de spanveer of een ander onderdeel van de spaninrichting misschien gebroken is of loszit. Is dit in orde, dan kan men nagaan of de touwklem en de touwhouderschijf niet vet of ingesleten zijn, of dat zij misschien loszitten. Het zal hiervoor veelal nodig zijn de touwklem en soms ook nog de touwhouderschijven te demonteren. Heeft men de zaak ontvet of defecte onderdelen vervangen, dan zal de touwhouder weer volgens het voorschrift moeten worden afgesteld.
Bij de Mc. Cormick binderknoper kan er touwpluis of een stuk touw tussen de touwhouderschijf en de touwklem vastlopen, zodat deze uit elkaar worden gedrukt en het touw niet meer goed wordt vastgehouden. Meestal kan men het pluis verwijderen, nadat men de touwklem met een schroevedraaier of iets dergelijks naar beneden heeft gedrukt.

vorige pagina <<<       Inhoud       >>> volgende pagina