CURSUS LANDBOUWTREKKERS

HOOFDSTUK XIII — MOTORSTORINGEN

 

Is de magneet wel in orde, maar vonken de onderbrekerpunten, die in goede conditie zijn, sterk, dan moet een nieuwe condensator gemonteerd worden; dit geldt ook bij de accu-ontsteking.

Bij de accu-ontsteking kan de oorzaak liggen in het feit, dat het massacontact onvoldoende is. Dit kan men controleren met de startmotor of de verlichting. Werken deze niet goed, dan moet de pool schoongemaakt worden en de massakabel gecontroleerd en goed vastgezet worden. Bij dit ontstekingssysteem kan men de bobine controleren door de middenkabel van de stroomverdeler los te nemen en op ½ cm afstand van de massa te houden, waarbij men de onderbreker licht. Springt er een vonk over, dan is de bobine in orde. Blijft evenwel deze vonk uit, en is het contact wel ingeschakeld, dan moet de bobine vervangen worden. Ook een te zwakke vonk kan oorzaak zijn, dat de motor niet aan wil slaan. Verder kan de oorzaak nog liggen in de slechte contacten of afgesleten koolborstels bij de stroomverdeler; bij de magneetontsteking kan de afsnapkoppeling weigeren.

Tenslotte zij nog opgemerkt dat de ontsteking wel goed in orde kan zijn, maar het ontstekingsmoment ontregeld is.

In de regel zijn er wel merken aangebracht waarmee men dit kan controleren.

 

5. Uitlaat.

 

Wanneer een uitlaatpijp bijna dicht zit met roet, kool of een of ander voorwerp zullen de gassen niet uit de cilinder kunnen komen en wil de motor niet doorlopen.

Ook een verstopte vergasser of een verkeerde stand van de kleppen kan hiervan de oorzaak zijn.

 

6. Koeling en smering.

 

Wanneer de motor in de winter bijzonder koud geworden is, kan het aanslaan vergemakkelijkt worden door een kleine hoeveelheid warm koelwater te gebruiken en zodra de motor loopt de radiator bij te vullen met koud water. Wanneer er nog dikke zomerolie in het carter is zal de motor in de winter moeilijk rond te draaien zijn. Het verdient dan aanbeveling om de dikke olie af te tappen en het carter met dunne olie te vullen.

 

7. Bewegende onderdelen.

 

Als de lagers na een revisie nog iets te zwaar passen is het vaak moeilijk om de motor zonder hulpmiddelen rond te draaien. Soms trekt men hem aan met een andere tractor of worden slinger en startmotor beide gebruikt. In een dergelijk geval is het niet onmogelijk, dat de distributie ontregeld is, al zal dit een accuraat monteur niet gemakkelijk overkomen. Wanneer de versnellingsbak ingeschakeld staat kan het aandraaien een groot gevaar opleveren voor degene die dit doet.

 

8. Belasting.

 

Het is van het grootste belang om een motor onbelast aan te slaan en dit is bij een trekker praktisch altijd mogelijk.

 

 

Blad 113 — Zie hierbij Afb. A 68 en A 69

 

Blad 112           Blad 114

Inhoudsopgave

 





Copyright © Gerard Hoogendoorn 2000-2010