Nederlandse index
Homepage
English index

 

fig. 59-I      Halfgedragen ploeg (John Deere)

halfgedragen ploegen

Door het steeds groter wordend trekkervermogen stijgt de behoefte aan werktuigen met een grotere werkbreedte. Dit betekent, dat de ploegen langer en zwaarder worden en dus dat de hefinrichting vooral bij transport, zwaarder wordt belast. Verder wordt de vooras van de trekker ontlast en daardoor de trekker minder goed bestuurbaar. De voordelen van een aanbouw-ploeg aan een hefinrichting met gewichtsoverdracht zijn t.o.v. een aanhangploeg zo groot, dat men dit systeem niet graag meer verlaat. Men heeft daarom voor zware ploegen een tussenvorm, de halfgedragen ploeg, gekozen, fig. 59. Voor rust de ploeg op de trekker en achter op een wiel.

 

Het aan een parallellogram bevestigde achterwiel wordt door een hefcilinder op de ploeg hoger of lager gesteld. Het wiel wordt via een stangenstelsel door de dwarsstang, die aan de trek-armen komt, gestuurd. De as hiervan zit in de bus K en vormt de verbinding dwarsstang-ploeg. Men kan de dwarsstang t.o.v. de ploeg zijdelings verschuiven en men kan hem hoger of lager t.o.v. de ploeg stellen. Men kan de stand van het wiel door verlengen of ver-korten van de stang bij J, bij de werkbreedte aanpassen. De constructie is bij de rondgaande typen eenvoudiger dan bij de keerploegen. Bij de laatste is het moeilijk de verbinding met het wiel over het raam te leggen. De Franse Bonnelploeg heeft een holle wentelas, fig. 60.

fig. 60-I      Hef- en wentelmechanisme halfgedragen
                  kantelploeg (Bonnel)

vorige pagina <<<       Inhoud       >>> volgende pagina