CURSUS LANDBOUWTREKKERS

HOOFDSTUK VIII — ELEKTRISCHE ONTSTEKING

 

Alle onderdelen, behalve de bougies, kunnen op een willekeurige plaats om of bij de motor aangebracht worden.

De stroomverdeler wordt meestal door de nokkenas aangedreven en bevindt zich dan ook in de nabijheid hiervan.

Bij een motor met staande of zijkleppen bevinden de bougies zich meestal boven op de cilinderkop en bij een hangende of kopklepmotor aan de zijkant (fig. 1). De schematische opstelling van een ontsteking op een viercilindermotor is aangegeven in fig. 2.

De accu is via het contactslot verbonden met de bobine; de stroom gaat door de dikke winding (primaire of laagspanningsspoel), via de tweede aansluiting op de bobine naar de onderbreker (of de condensator ) en vervolgens via de massa weer terug naar de accu.

De massa maakt de terugvoer van de stroom mogelijk: het metaal van motorblok en chassis doet hier dus dienst als geleider. Door het telkens onderbreken van deze laagspanningsstroomkring (6 of 12 volt) ontstaat in de secundaire (tweede, dunne of hoogspanningsspoel), welke binnen de primaire spoel om een weekijzeren kern is aangebracht, een inductiestroom van hoge spanning (10—20.000 volt). Deze hoogspanningsstroom gaat via een kabel naar de stroomverdeler , waar de rotor de stroom overdraagt aan de randcontacten welke door middel van kabels in verbinding staan met de bougies . De bougie heeft een centrale stift waardoor de stroom vloeit welke door de hoge spanning in staat is door de lucht over te springen op het massacontact . Aangezien de lucht in de motor vermengd is met brandstofnevel zal deze direct ontbranden.

 

Paragraaf 30

ACCU (Afb. A 33)

 

De accubatterij is een op scheikundige werking gebaseerd element dat in staat is een elektrische stroom te leveren.

Een element kan bestaan uit een bak met verdund zwavelzuur waarin een koperen en een zinken plaat zijn aangebracht. Door scheikundige werking ontstaat in de koperen plaat een positieve lading elektronen en in de zinken plaat een negatieve lading. Zodoende heerst er een zeker spanningsverschil tussen deze platen waardoor een elektrische stroom aan het element onttrokken kan worden.

Om praktische redenen zal het koper-zink element niet voldoen; de levensduur is zeer beperkt. Bruikbaar is de accu welke opgebouwd is uit loodplaten geplaatst in een bak gevuld met verdund zwavelzuur , het elektroliet . Aanvankelijk zijn alle platen in de accu van hetzelfde materiaal nl. poreus lood. Wordt echter de accu door middel van een stroombron opgeladen of geformeerd, dan zal door de scheikundige werking van het zwavelzuur en de elektrische stroom de samenstelling van de loodplaten veranderen. De positieve platen veranderen daarbij aan de oppervlakte in loodsuperoxyde en krijgen een bruine kleur ; de negatieve platen blijven zuiver lood met een grijze kleur . Er ontstaat zodoende een element waarvan de spanning tussen beide platengroepen ± 2 volt bedraagt. Tijdens het gebruiken van dit element zal er dus een stroom gaan vloeien van de pluspool via de gebruikers naar de minpool . De samenstelling van de platen en het zuur verandert hierbij. Door de inwerking van het zwavelzuur op de loodsuperoxyde en op de loodplaten ontstaan loodsulfaat en water . Het loodsulfaat zet zich op de platen af en maakt dat het vermogen om stroom te leveren eveneens afneemt. Door omzetting van zwavelzuur in water verandert het s.g. van de vloeistof. Bij geladen accu bedraagt het s.g. ± 1,28 en bij geheel ontladen accu ± 1,13.

 

Blad 61 — Zie hierbij Afb. A 32 en A 33

 

Blad 60           Blad 62

Inhoudsopgave

 





Copyright © Gerard Hoogendoorn 2000-2010